donderdag 31 oktober 2013

Afspraak is afspraak

Samenspel liter en kilogram

De liter is gelijk aan de inhoud van een kubus gevuld met water. De zijden van de kubus hebben een lengte van 1 dm.

Wat is een liter?

De inhoud van die kubus is dan 1 dm³ . Die inhoud is gelijk aan 1 liter.

(On 7 April 1795, the gram was decreed in France to be "the absolute weight of a volume of pure water equal to the cube of the hundredth part of the metre, and at the temperature of melting ice."[17] The concept of using a unit volume of water to define a unit measure of mass was proposed by the English philosopher John Wilkins in his 1668 essay as a means of linking mass and length.[18][19])

Wat is een kilogram (Kg)?

De massa van de hoeveelheid water die in een liter gaat.
Maar water kan verdampen en dan is een kilogram geen kilogram meer :( ,dus is er later gezocht naar andere manieren om de kilo te bepalen.
Tussen 1795 en nu, is de definitie van kilogram veranderd. We kunnen steeds nauwkeuriger meten. Daarom wordt de definitie wat een kilogram is, steeds nauwkeuriger en aangepast.
(Resolution 13
The 11th Conférence Générale des Poids et Mesures (CGPM), considering
• that the cubic decimetre and the litre are unequal and differ by about 28 parts in 106,
• that determinations of physical quantities which involve measurements of volume are being made more and more accurately, thus increasing the risk of confusion between the cubic decimetre and the litre, )


Dus is de inhoud: 

Inhoud = lengte x breedte x hoogte
Inhoud = l x b x h = 1 dm x 1 dm x 1 dm = 1 dm³.

In de wet is afgesproken dat 1 dm³ = 1 liter.
Het is een afspraak die je moet leren.
De tweede afspraak is dat een 1 liter water = 1 kilogram weegt.

Notatie l of L?

Om verwarring met het getal 1 te voorkomen wordt ook wel een hoofdletter gebruikt. De kleine letter mag ook, wordt meestal cursief geschreven: l

(16th CGPM, 1979: decides, as an exception, to allow both l and L as symbols for the litre.)


1 mL = 1 gram, afspraak is afspraak

Daarom stellen we bij medisch rekenen

1 liter = 1 kilogram

Nu werken we meestal bij medisch rekenen vaak met kleinere hoeveelheden. Dan is kilogram niet echt handig.
We weten dat 1 liter = 1.000 mL, ook weten we dat 1 kilogram = 1.000 gram

1.000 mL = 1.000 gram
1 mL = 1 gram

Kilogram is voor massa


The 3rd CGPM (1901, CR, 70), in a declaration intended to end the ambiguity in popular usage concerning the use of the word “weight”, confirmed that: 
The kilogram is the unit of mass; it is equal to the mass of the international prototype of the kilogram
(The International System of Units, edition 8th edition 2006, p.112)








Tot nu toe verwijst de kilogram naar een object (ding). Het voorbeeld van de kilogram staat in Parijs. Op verschillende plaatsen in de wereld zijn kopieën van die officiële kilogram. Die moeten allemaal precies gelijk zijn.
Toen in de jaren '80 deze kilogrammen werden vergeleken werden er verschillen gemeten tot 50 microgram.
Niet erg bij de kaasboer, bij medicijnen kan ook een verschil van 50 microgram gevolgen hebben die we niet willen.

Terugkomen op de afspraak

1 mL = 1 gram

Ik denk dat het belangrijk is te weten wat je moet leren en wat je kunt beredeneren.
Redeneren lukt vaak met gezond verstand.
Er zijn ook afspraken. Ken je die afspraken niet, maak je fouten. Dat geeft het gevoel ik snap het niet. Eén ding weet je dan zeker, je gevoel klopt!
Je hoeft een afspraak niet te begrijpen, je moet de afspraak wel kennen en kunnen toepassen.
Succes met leren.


woensdag 30 oktober 2013

Oplossen, anders opgelost; over oplossen en verdunnen bij medisch rekenen

Wat betekent nu eigenlijk 5%-suikeroplossing?

Stel je hebt 1 liter 5%-suikeroplossing, hoe kan ik daar mee rekenen?

5%-suikeroplossing is een suikeroplossing waarvan 5% uit suiker bestaat.
Bij rekenen met procenten is het goed je af te vragen: wat is het totaal?
Het totaal is 1 liter. In dit voorbeeld is daarmee 1 liter gelijk aan 100%.

1 liter = Totaal
1 liter = 100%

Om prettiger te kunnen rekenen ga ik in milliliter werken. Zet liter (l) om in milliliter (ml). Gewoon, omdat het kan.
1 l = 1.000 ml

1.000 ml = 100%
Deel beide kanten door 10,
100 0 ml = 10 0%
100 ml = 10%

Neem van beide kanten de helft,
100 : 2  = 5 : 2
50 ml = 5%

Nu weet je hoeveel 5% is van 1.000 ml hetzelfde is als 50 ml.
Suiker is een vaste stof (korrels) en geen vloeistof (vloeibaar). Een vaste stof meet je in gram.

Ooit bedacht door een natuurkundige (kijk maar bij Afspraak is afspraak), voor water geldt

ml = 1 g
want

kg = 1 l
1.000 = 1.000 ml

Linker en rechterkant delen door 1.000
1.000 = 1.000 ml
1 g = 1 ml

Bij medisch rekenen mag je dat ook voor andere stoffen dan water gebruiken (afspraak).
Daarom mag je zeggen, er zit blijkbaar 50 gram suiker in een liter suikeroplossing van 5%. 

Stel je hebt 1,5 liter 5%-suikeroplossing, hoe kan ik daar mee rekenen?

5%-suikeroplossing is een suikeroplossing waarin 5% suiker oplossing zit.
Bij rekenen met procenten is het goed je af te vragen: wat is het totaal?
Het totaal is 1,5 liter. Je mag zeggen het totaal is 100%.


1,5 liter = Totaal
1,5 liter = 100%

Om prettiger te kunnen rekenen ga ik in milliliter werken. Zet liter (l) om in milliliter (ml). Gewoon, omdat het kan.
1,5 l is 1.500 ml

1.500 ml = 100%
Beide kanten delen door 10,
1.500 ml = 100%
150 ml = 10%

Neem van beide kanten de helft (delen door 2),
75 ml = 5%

Nu weet je hoeveel 5% is van 1.500 ml. Dat is 75 ml.
Ooit bedacht door een natuurkundige, voor water geldt

1 ml = 1 g

want
1 kg = 1 l
1.000 g = 1.000 ml

Linker en rechterkant delen door 1.000
1.000 = 1.000 ml
1 g = 1 ml

Anderhalve liter 5%-suikeroplossing bevat 75 gram suiker.